Traumasporen van een burn-out
Een burn-out ontstaat niet zomaar ineens. Het bouwt zich vaak langzaam op door jarenlang dingen te doen die je eigenlijk niet wilt, maar toch blijft doen. Je forceert jezelf, gaat (ver) over je grenzen heen en raakt uitgeput. Hierdoor ervaar veel stress en wordt het steeds lastiger om keuzes te maken die goed voor je zijn. Voor je het weet zit je in een vicieuze cirkel van negatieve ervaringen waar je niet meer uitkomt. Ik noem deze negatieve ervaringen kleine trauma’s, omdat ze diepe sporen nalaten. Daarom vraag ik er aandacht voor; je moet de impact ervan niet onderschatten.
Jarenlang heb ik voor mijn dementerende moeder gezorgd. Dat deed ik uit liefde. Ik had een bijzondere band met haar en wilde er voor haar zijn zoals zij er altijd voor mij was. Heel lang ging dit goed. Totdat mijn moeder steeds verder achteruitging en mijn vader ook mantelzorg nodig had. Mijn vader is veeleisend en vraagt veel aandacht. Voor het eerst merkte ik dat ik mezelf aan het forceren was. Na de dood van mijn moeder kwam alles in een stroomversnelling. Mijn vader ging snel achteruit en had elke dag zorg nodig. Ik voelde me volledig machteloos en dacht voortdurend: hoe lang ga ik dit nog volhouden?
Terwijl ik zorgde voor mijn vader, probeerde ik mijn eigen leven op de rails te houden. Ik was nog steeds voorzitter van de tennisvereniging, had verantwoordelijkheden en voelde de druk om ‘alles goed te doen’. Toch begon ik de signalen van overbelasting te voelen: ik sliep slecht, was snel emotioneel en voelde me uitgeput na elk bezoek aan mijn vader. Maar stoppen? Dat kon ik niet.
Als de eerste dominosteen valt....
De mantelzorg was een belangrijke oorzaak van mijn burn-out. Je zou kunnen zeggen dat het de eerste dominosteen was die viel. Die zorgde voor een kettingreactie; in mijn lijf maar ook in mijn leven. Dagelijkse ervaringen – groot en klein – maakten dat ik steeds verder van mezelf verwijderd raakte en verstrikt kwam te zitten in een situatie waar ik wel uit wílde, maar niet meer uit kón komen.
Alledaagse activiteiten als stressfactoren
Als je een burn-out hebt, dan werkt alles anders. Fysiologisch is je systeem zodanig in de war dat je moeilijk keuzes kunt maken. En zeker niet keuzes die goed voor je zijn. Je omgeving maakt zich zorgen om je en wil er alles aan doen om je te helpen. Heel goed bedoeld, alleen pakt het vaak anders uit. Want wat goed voor je lijkt, is vaak niet wat jij nodig hebt. Het zijn juist die ervaringen die traumatisch kunnen zijn.
Zo vroegen mijn vriendinnen of ik meeging op vakantie. Een paar dagen zon zouden me goed doen. Maar wat voor iemand die ‘gezond’ is, leuk en ontspannend is, is voor iemand met een burn-out een mijl op zeven. Van de kofferstress (wat neem ik mee?), belandde ik in de vliegstress (wat als…?) en daarna heb ik een week lang stress gehad omdat ik al die uitstapjes en gesprekken met vriendinnen niet aan kon. Ik wilde alleen maar naar huis. Ik kwam zwaar overprikkeld thuis, het duurde wel een week voordat ik weer tot rust was gekomen.
Zo zat ik voortdurend in een soort ‘catch 22’. Ik wilde het een, deed het ander, probeerde iedereen tevreden te houden, maar het leidde vooral tot teleurstelling bij de mensen om me heen en het putte mij verder uit. Ik durfde op een gegeven moment geen keuzes meer te maken, zo bang was ik om het verkeerd te doen. Over trauma’s gesproken.
Verkeerde afleiding
Ik dacht dat werken mij zou redden, dat ik dan beter zou worden. Geen vrijwilligerswerk zoals ik deed, maar een échte baan. Daar zaten verschillende overtuigingen achter. De belangrijkste was: ‘als ik werk, dan ben ik iets waard’. Daarnaast zag ik het als een manier om de zorg voor mijn vader te begrenzen; als ik werk had, was mijn agenda gevuld en kon ik uitleggen dat ik niet de zorg voor mijn vader erbij kon hebben. Dan zou het allemaal wel goed komen met me. Dacht ik. Dus ging ik solliciteren, ook al voelde ik veel weerstand én stress. Ik raakte volledig in paniek van alles wat erop me afkwam. Na het sollicitatiegesprek kon ik alleen maar huilen – ook al was ik aangenomen. Het werd mij duidelijk dat ik hier helemaal niet klaar voor was. Ik moest eerst herstellen.
Of je nou betaald werk doet of thuis bezig bent; jezelf begrenzen is lastig met een burn-out en dus gaat het snel fout. In mijn verlangen om iets om handen te hebben, kroop ik vaak achter de naaimachine om iets te maken. Zo besloot ik voor mijn verjaardag om een jurkje te ontwerpen. Het moest af de dag voor mijn verjaardag. Dikke vette stress dus. Uiteindelijk kostte dit projectje mij zoveel energie dat ik de dag erna ziek was. Kon ik iedereen afzeggen en mijn verjaardagsjurkje bleef in de kast hangen. Weer een ervaring – dat wil zeggen een klein trauma – rijker.
Wanneer angst trauma wordt
Hoe langer mijn burn-out duurde, hoe groter het aantal stressfactoren werd. De kleinste dingen gaven al stress. Door een langdurige verbouwing kreeg ik stress zodra ik de aannemer of schilder zag. Door negatieve ervaringen met vakantie, durfde ik geen koffer meer te pakken. Daarnaast ontstonden er angsten die zich ook als trauma’s manifesteerden. Na een val met de fiets waarbij ik een hersenschudding opliep, was er de constante angst voor een terugval. Maar er waren ook angsten die ongrijpbaarder waren. Zo was ik bang dat ik niet kon slapen, bang om appjes van vriendinnen te lezen die me uit balans konden brengen, bang dat ik nooit meer beter zou worden en bang voor begrafenissen van mensen dichtbij me. Deze angsten gingen een eigen leven leiden.
Hoe voorkom je deze trauma's?
Trauma’s zijn er groot en klein. Het hebben van een burn-out is al een trauma op zich. Maar je kunt jezelf beschermen en voorkomen dat de trauma’s zich opstapelen. Hier zijn enkele tips die mij hebben geholpen en jou wellicht ook kunnen helpen:
- Grenzen stellen: leer nee zeggen en kies bewust waar je je energie aan wilt geven. Als je niet kan kiezen door de stress, zeg dan eerst nee. Je kunt altijd later nog ja zeggen.
- Beperk prikkels: vermijd situaties die extra stress kunnen geven, ook als ze op het oog leuk lijken.
- Luister goed naar je lichaam: je lichaam vertelt jou heel goed hoe het zich voelt. Gaat je hart tekeer, breekt het zweet je uit, kan je niet meer denken? Forceer dan niks en neem de signalen serieus.
- Ga uit de doe-modus: afleiding is fijn, maar als je burn-out bent kan elke activiteit te veel zijn en zorgen voor een terugval. Dat is traumatisch en maakt onzeker. Bescherm jezelf en voorkom teleurstellingen.
- Neem de tijd: wacht minimaal een dag voor je reageert op een uitnodiging, appje of mail. Dan kun je rustig bepalen of iets goed voor jou voelt.
- Betrek je partner of een vriend(in): neem iemand die dichtbij je staat een keer mee naar je coach. Dan begrijpen ze beter wat het beste is voor jou en hoe ze kunnen helpen.
Conclusie
Mijn burn-out maakte me erg onzeker en angstig. Dat leidde tot meerdere traumatische ervaringen. Misschien lees je dit en denk je: kofferstress, is dat nou een trauma? Normaal gesproken natuurlijk niet, maar voor iemand met een burn-out kan dit echt heel veel impact hebben en zorgt zo’n negatieve vakantie-ervaring voor nog meer angst en onzekerheid. Het heeft bij mij lang geduurd voordat ik weer plezier kon beleven aan een vliegvakantie en dat geldt ook voor andere negatieve ervaringen die ik heb moeten helen. Dat deed ik door naar de pijn en angst te gaan en er niet van weg te bewegen. Ook jij kan dit soort ervaringen helen. Ik help je daar graag bij zodat je volledig kan herstellen van je burn-out en vol zelfvertrouwen je leven weer kan oppakken!